Levenskunst Groningen
  • Home
  • Hulp aan partners
  • Over mij
  • Ervaringen
  • Artikelen
  • Contact

Artikelen

De partnerrelatie als ontwikkelingsgemeenschap

1/9/2019

 
Foto
Alleen wanneer beide partners oog hebben voor hun eigen aandeel in de problemen die er zijn, is een duurzame relatie mogelijk. Dan wordt de partnerrelatie niet alleen een “warm nest”, maar ook een ontwikkelingsgemeenschap. Maar wat vraagt dat van ieder van hen?
​
Veilig verbonden versus autonomie
Een van de wonderlijkste gegevenheden van de partnerrelatie is dat het paradoxaal genoeg twee elkaar tegengestelde dynamische bewegingen kent: Aan de ene kant is er de behoefte aan een veilige verbinding. Dat betekend dat het vermogen van een koppel om de verbinding veilig te houden een zeer belangrijke bijdrage is aan een gezonde partnerrelatie. Aan de andere kant is er de behoefte aan autonomie. Dat betekend dat in een gezonde partnerrelatie de partners ook kunnen dealen met deze behoefte van elkaar. In een gezonde partnerrelatie is er voldoende ruimte voor autonomie. Hoe meer de partners hun partnerrelatie ervaren als veilig verbonden, hoe meer ruimte is er voor autonomie zonder dat dat tot een crisis hoeft te leden. Een koppel is veilig verbonden als beide partners ervaren dat het emotionele belang wat de partner aan de relatie hecht overeenkomt met wat zij of hij als voldoende ervaart. Veel valt en staat bij het vermogen van partners om elkaar te laten voelen hoeveel waarde zij hechten aan hun samenzijn. Dat gaat natuurlijk beter als de partners dat ook zo van huis uit hebben meegekregen. Dat heeft alles te maken met de hechtingsstijl van hun gezinnen van herkomst.

Inperking vanuit angst
Bij veel mensen zit daar een probleem. Nog maar weinig mensen uit de babyboom generatie kunnen zeggen dat ze veilig verbonden zijn opgegroeid. De opvoedkundige inzichten over hechting zijn pas in de jaren 70 min of meer leidend geworden. Daarvoor was er toch de opvatting dat het al te veel knuffelen van kleine kinderen zou leiden tot verknipte en onzelfstandige volwassen. Daardoor zijn veel van mijn generatiegenoten – net als ikzelf was - gemankeerd in het vermogen om veilig te verbinden. We kennen niet de rust van de veilige verbinding en zijn vaak hard aan het werk voor de liefde of we verbinden niet meer uit pijn en teleurstelling. De autonomie behoefte wordt dan al snel de onruststoker. Oftewel de autonomiebehoefte van de partner of van zichzelf wordt als bedreigend ervaren en daardoor ingeperkt. Of op voorhand al door jezelf of door je partner.
 
Differentiërend vermogen
Zoals het veilig verbinden afhangt van hoe we het vermogen om een verbinding te verzorgen hebben kunnen aanleren in onze ontwikkelingsgeschiedenis, zo hangt het vermogen tot autonomie van een koppel sterk af van hoe ze in hun geschiedenis geleerd hebben om te differentiëren. Kan ik emotioneel op eigen benen blijven staan ook als het gedrag van partner mij zwaar valt. Mijn differentiërend vermogen helpt mij om te dealen met wat mijn partner doet als dat niet direct comfortabel is voor mij. De behoefte aan autonomie van de partner kan mijn verlatingsangst “aanzetten”. Ben ik dan in staat zelf met deze angst te dealen, zonder van mijn partner te vragen zich in te perken voor mij? Maar behalve de autonomiebehoefte van mijn partner kan het ook ander gedrag van mijn partner zijn wat mij triggert in oude pijn. Als een van de partners bijvoorbeeld verwaarloosd zou zijn is dat voor hem of haar een blijvende latente pijn. Die pijn is doorgaans slapend aanwezig. Als de verwaarloosde partner geleerd heeft hard te werken voor de liefde en zijn partner heeft verwend door veel aan de zorg bij te dragen, kan het hem op een gegeven moment opbreken dat zijn partner minder zorgt dan hij . De verwaarloosde partner kan bij de zoveelste keer dat de vuilniszak buiten gezet moet worden in een woedeaanval terecht komen. Immers hij voelt zich opnieuw ernstig verwaarloosd en nu nog wel door diegene die zijn partner is. Dat voelt als verraad. Meestal volgt er dan een aanval op de partner vanuit die onbewuste oude pijn.

De vraag stellen naar de eigen geschiedenis
Het is maar de vraag of die verwaarlozing die nu gevoeld wordt ook echt klopt. Ja, hij wordt wel degelijk zo gevoeld! Maar misschien is zijn of haar partner helemaal niet zo verwaarlozend als gevoeld wordt. Er is misschien wel een bepaalde eenzijdigheid, maar wellicht heeft de verwaarloosd partner dat zelf zo tot stand gebracht door zijn zorgend patroon. En zelfs als het wel zo is ( stel de partner is gemakzuchtig) is het zaak eerst met zelf onderzoek te beginnen en de aanval niet te plaatsen. Differentiërend vermogen is de vraag stellen wat gebeurd er nu en wat heeft dat met mijn geschiedenis te maken. Alleen al de vraag stellen brengt een ander perspectief dan het dwingende perspectief van de getriggerde emotie.

Ontwikkelingsweg
Door onderzoek te doen naar het eigen aandeel in de heftige emotie zet de partner een ontwikkelingsweg in gang. Welke eenzijdigheid in mij maakt mij zo gevoelig voor wat er gebeurd? Wordt ik echt verwaarloosd? Misschien op een gebied wel en op een ander gebied juist weer niet. Heb ik zelf een aandeel in deze verwaarlozing door altijd maar redderend bezig te zijn zonder wat te vragen. En als er al sprake zou zijn van verwaarlozing, wat kan ik dan anders doen dan boos aanvallen vanuit de oude pijn en van partner eisen dat hij mijn oude pijn compenseert. Als het mij lukken zou echt vanuit mijzelf te laten zien wat ik mis en wat dat missen mij doet mede door mijn geschiedenis beken ik kleur. Dan laat ik mijn kwetsbaarheid zien zonder de claim bij mijn partner te leggen dat hij het moet oplossen. Mijn partner kan dan vast wel begrip opbrengen van wat ik doormaak. Ik kan het nu delen zonder aanval. Mijn onderzoek helpt mijzelf liefdevol naar mijn lot te kijken (ja ik werd verwaarloosd), ik krijg daarmee weer grip op mijn oude pijn. Door mijn partner mijn kwetsbaarheid te laten zien krijg ik naast grip ook begrip voor mijn (oude) pijn. De veilige verbinding kan zo weer hersteld worden zonder dat de partner gedwongen wordt om zich aan te passen aan mijn script. Het differentiërend vermogen hersteld het verbindend vermogen en daarmee ontstaat weer de ruimte voor autonomie.

De weg van de verinnerlijkte erotiek.

28/8/2019

 
Foto
​Misschien is een van de lastigste onderwerpen in deze tijd wel seksualiteit. Het is vanaf Adam en Eva altijd al een heet hangijzer geweest, maar in onze tijd is het wel een erg lastig thema geworden. Het misbruikvraagstuk in veel deelgebieden van onze samenleving als kerken en sportverenigingen en de #metoo-affaires in de entertainment-wereld laten aan de ene kant zien dat grensoverschrijdend  seksueel gedrag aan de orde van de dag is. Het rumoer om de Nasvilleverklaring laat anderzijds zien dat als kerkelijke autoriteiten zich uitspreken over wat wel en wat niet mag er een golf van protesten losbreekt. Ook al gaat hier over de seksualiteit van een niet algemeen geaccepteerde minderheidsgroep.

Foto
​Ik deed het afgelopen jaar een jaarcursus Taotraining bij Reinoud Eleveld. Hij is een Sifu, een Taoleraar en hij houdt zich onder andere bezig met transformatie van seksualiteit. Hij noemt onze samenleving gepornografiseerd. De alom aanwezige beschikbaarheid van porno op vrijwel alle media die we gebruiken levert volgens hem een versmalling van de seksualiteit op. Vooral mannen ontwikkelen een type seksbeleving waarbij ze de opgeslagen beelden in hun hoofd nadoen. Vrouwen faciliteren dat soms. Zij hebben hun eigen motieven. Deze “mindseks” is vooral instrumenteel. Het hoofd zit er vol mee en zoekt een object om het te gebruiken. Of misbruiken. Pornografie laat zien wat we  moeten doen om maximale opwinding te genereren.Deze seks wordt door Reinoud Eleveld “seks aan de voorkant” genoemd. Sterk veruiterlijkt, fysiek, niet verbonden met het hart en met elkaar. Na afloop is er weer de eenzaamheid. En de wens om weer sterkere prikkels te zoeken. De beelden lokken vragen naar meer uit. Voeg daarbij dat mannen veelal geneigd zijn om pijnervaringen uit hun leven weg te werken door te dissociëren, dat wil zeggen pijn weg te werken door lust en je ziet dat de weg naar verslaving open ligt. Niet alleen met drank en drugs, maar ook met seks. Vrouwen hebben intergenerationeel vaak een achterstand als het gaat om vrijelijk beleven van erotiek. Vele generaties voor hen moesten zij hun erotische gevoelens onderdrukken uit angst om zwanger te worden op de verkeerde tijd en plaats. Door de voorbehoedsmiddelen is dat veranderd, maar nog maar zeer kort. Er is voor hen een andere tijd aangebroken maar veelal treffen zij mannen die in hun eenzijdige seksbeleving opgesloten zitten.

Foto
Toen ik twaalf jaar oud was bezochten een paar Franciscaner monniken onze lagere school om ons jongens en meisjes, die nog nauwelijks geslachtsrijp waren te laten geloven dat seks slecht was en alleen bestemd voor de voortplanting. In de jaren daarna werd dat vervolgd door biecht-ceremonies die erop gericht waren deze weg te blijven bewandelen. ​Dat was natuurlijk gedoemd om te mislukken. Er was dus voor een serieus en gelovig type zoals ik, altijd wel alle reden voor boetedoening. Alle seksbeleving werd een taboe. Daarmee werd een wig geslagen tussen het bekkengebied en het hart. De seksbeleving werd als een boze duivelse vijand opgesloten in de diepste kerker van de persoonlijkheid. Natuurlijk hield ze zich daar niet stil. Ze is een sterke kracht! Bovendien is ze verbonden met alle andere passies, talenten en vitaliteit. Wanneer seksualiteit onderdrukt wordt, verdwijnt ook een belangrijke richtinggevoel uit je leven. Je weet niet meer goed waar je moet zijn. Ik weet dat goed omdat ik er nogal lang over heb gedaan voordat ik mijn homoseksualiteit heb kunnen omarmen als horend bij mijn wezen. Het werkt een verzuring en verarming van het vermogen tot leven en liefde in de hand.De weg die Reinoud Eleveld met zijn Taotraning  wijst is een beheren en beheersen van onze seksualiteit. Zijn we instaat om onze seksualiteit te trainen? Zoals een sportman zijn spieren traint en een musicus zijn instrument door oefening steeds beter kan beheersen, zodat hij steeds mooier gaat spelen? Kan je door oefening je seksualiteit niet alleen aan maar ook uit zetten als je vindt dat dat moet? Wanneer het gaat om een kind of een cliënt of een ondergeschikte kan je dan de seksuele impuls die aandacht vraagt ombuigen tot een welgemeende menselijke omgangsvorm die passend is bij die verhouding? Is daar oefening voor nodig? Volgens Reinoud Eleveld wel. Het is een sterke kracht die niet zomaar meebuigt met jouw wil. En hoe meer je je overgeeft aan “mindseks”, hoe moeilijker zij zich temmen laat.

Foto
Hoe meer je je seksualiteit omarmt en als weg ziet naar zelfliefde, zonder deze te exploiteren in voorgebakken perverse fantasieën van onze seksistische cultuur, des te meer kan het instrument worden voor liefde met de uitgekozen ander. Er is een middenweg tussen het grensoverschrijdende overspoeld worden door seks en het onderdrukken daarvan. Het is de weg van de verinnerlijkte erotische eigenliefde – het omarmen van jezelf als erotisch wezen- en het verbinden van het bekkengebied met alle rijkdom die daar verscholen is met het hart gebied. Het hoofd kijkt ik stilte toe. Alleen wanneer het hoofd waarneemt dat de erotische impuls niet passend is bij de afgesproken rolverdeling grijpt het in door te begrenzen en te transformeren. Zonder oefening gaat dat waarschijnlijk niet.

Dick van der Vlugt

Vallen en opstaan in de levensloop

27/5/2016

 
Foto
Hoe oud is een kindje, als het gaat lopen? Je hebt vroege lopers en langzame starters aan het begin van de levensloop. Het gebeurt ergens in het tweede levensjaar volgens mij. De marge is ruim. En het is een moment waar je als ouders niets over te vertellen hebt. Het gebeurt op een bepaald moment en het is de kunst om als ouders je niet te veel aan te trekken van verwachtingen van jezelf of anderen. Maar als het eenmaal zover is, is het wel een wonder! Ik herinner me hoe onze oudste zoon tijdens een vakantie in Frankrijk ergens op een strand zijn eerste stapjes maakte en er die vakantie geen genoeg van kon krijgen. Hij liep als het ware de zon tegemoet. 

Het begin
Maar dan begint het vallen en opstaan. Een pijnlijk proces van moeite doen, soms succesvol zijn, dan weer tegenslag incasseren, omvallen, vaak pijnlijden, huilen en weer opnieuw beginnen. Tot je lopen kan. De levensloop is begonnen, letterlijk nu. Het leren praten volgt als alles normaal verloopt daarna tot het bijzondere moment dat je kind "ik" gaat zeggen en zichzelf als middelpunt van zijn eigen bestaan benoemt. Bijzonder mooi om mee te maken.

En dan ben je er nog niet
Eigenlijk geldt deze ontwikkeling voor alle vaardigheden die we als mens door alle leeftijdfases heen ons eigen maken. Steeds is er weer dat aanleren van nieuwe dingen in elke volgende levensfase: Het je meer en meer eigen maken van het leven.

Toch blijft er ook na alle aangeleerde vaardigheden in de volwassenheid nog een levensopgave zo lijkt het, waar we voorlopig niet direct mee klaar zijn. Die heeft meer met de ziel te maken. Het denken, voelen en willen van onszelf hebben zowel een lichtere kant als een schaduwzijde: Soms is het denken over onszelf en anderen in complexe situaties helder, dan weer erg irrationeel. Soms voelen we zuiver aan waar het bij onszelf of anderen om gaat, dan weer worden we ingeperkt door gevoelens van schuld, angst of kwaadheid. Soms kunnen we effectief onze wilskracht inzetten voor een doel wat we graag willen bereiken, dan weer zijn we verlamd en komen we geen stap verder met iets wat we wilden.

Terugkerende motieven
Deze licht en duister bewegingen in de ziel kennen allerlei variaties die per uniek persoon verschillen en in de loop van het jaar en in de loop van het leven steeds weer andere tussenkleuren opleveren. Vaak zitten er terugkerende motieven bij die we evenzeer als "vallen en opstaan" kunnen beleven als de peuter die leert lopen. Soms staan we een stukje boven de stof, dan weer zitten we onder de maat. Steeds opnieuw doen we nieuwe pogingen om een levensopgave de baas te worden.

Nieuw gedrag aanleren
​Vaak moeten we daarvoor nieuw gedrag aanleren, anders met gevoelens omgaan, anders leren denken, teleurstellingen verwerken en een plaats geven, wantrouwen overwinnen, ons opnieuw inzetten voor een hechte verbinding met onszelf, anderen of ons werk. En het lijkt erop dat hoe intiemer de verhouding is waar onze ziel mee van doen heeft, des te sterker zijn de wisselingen waar we mee te maken krijgen.

Foto
Vallen en opstaan
​Door een aangeboren handicap heeft mijn jongste zoon nooit leren lopen. Ook het normale spreken is voor hem niet of nauwelijks mogelijk. Toch zie ik ook bij hem vallen en opstaan. Behalve dat hij zich inzet voor elk millimetertje ontwikkeling wat hij wel kan bereiken, zie je hem opbotsen tegen zijn grenzen. Steeds weer. Nu hij ouder is geworden zie je hem daar soepeler mee omgaan. Wat hij niet kan, meer aanvaarden. Wat hij wel kan, uitbuiten. Er komt in de loop der jaren een zachte kracht om hem heen. Heel bijzonder om te volgen. 

Geheime bron
Behalve het steeds aanleren van nieuwe vermogens en andere vaardigheden is er dus ook de weg van het verstaan en aanvaarden van wat nu niet mogelijk is. Genoegen nemen met minder dan je had gedacht te krijgen en daarvan toch iets te maken. Het zijn beide mogelijkheden van het IK, een geheime bron in de ziel die het denken, voelen en willen van ieder mens kan laten oplichten en authentiek en autonoom kan maken: Zo ben ik, zo doe ik het nu, hier sta ik. Hier moet ik het mee doen, accepteer me maar, of ik ga nog wat proberen, maar dan anders.

Crisis
Dit IK is vanaf de geboorte met ons hele wezen verbonden en is in de loop van ons leven soms meer, dan weer minder de sturende instantie in onszelf. En als we het moeilijk hebben, ziek worden, of in een crisis geraken lijkt dit IK soms onvindbaar. Weg lijkt de autonomie en authenticiteit. Weg het vermogen om te aanvaarden of te veranderen. 

Soms lukt het ons niet meer om de (rode) draad opnieuw op te pakken en verliezen we de moed. We zeggen wel: bij de pakken neerzitten. Die pakken zijn de levensthema's die we in dit leven bij ons dragen. Soms kunnen we er niet goed mee verder. Vaak is dat het moment waarop we een arts of therapeut raadplegen. Door een vraag, een gedachte, een oefening, een medicijn kan de therapeut helpen rigide opvattingen en patronen op een bepaald punt in onze ziel, weer soepel te maken. Wat vast zit wordt weer in beweging gebracht, wat koud is wordt verwarmd en wat te warm is wordt bekoeld. Wat te veel in beweging is wordt tot rust gebracht. Zo wordt opnieuw balans gebracht in een verstoord evenwicht. 

Het moet van binnenuit komen
​En net als bij leren lopen is dit een geheimzinnig proces. De therapeut heeft over het resultaat niet veel te vertellen: het moet als het goed is bij de patiënt van binnenuit komen. Niet bij de pakken neer blijven zitten, maar opstaan. Niet zomaar weer gaan staan, maar er anders in gaan staan, makkelijker, gezonder, meer in overeenstemming met je ware aard. Vaak zijn dat onverwachte nieuwigheden waar je dan in stapt, met onverwachte resultaten. Vaak net zo bijzonder om mee te maken als een kind wat leert lopen. Opstaan in de levensloop.

Foto
Veranderen
In de kringloop van het jaar kunnen we leren beleven hoe de kracht van ons IK in de ziel verbonden is met de seizoenen en daarin meebeweegt. De weken voor Pasen worden ook wel vastentijd of lijdenstijd genoemd. Het is de tijd waarin in de natuur vrijwel alle takken nog kaal zijn en het gras nog maar moeilijk groen wordt. De dagen beginnen al te lengen, maar ook al is er meer licht het is nog koud. Vroeger at men de laatste wintervoorraad uit de kelder voor het nieuwe groen weer beschikbaar was. Geen gemakkelijke tijd! In de ziel lijkt het soms alsof het IK zich terug te trekt in allerlei lichamelijke processen. Je kan mogelijk in jezelf meer schaduwwerking ervaren dan anders. We kunnen net als bij een ziekte of in een crisis meer onze beperkingen ervaren. Er lijkt minder vrije ruimte in de ziel. In deze tijd worden we - net als bij een ziekte of een crisis - uitgenodigd om naar onszelf te kijken. Of onszelf vragen te stellen. Deze tijd zou je kunnen vergelijken met de diagnose, wat letterlijk doorzien betekend: door hebben wat er met je aan de hand is.

Tussen Goede Vrijdag en Pasen
​Sommige mensen ervaren jaarlijks dat er tussen Goede vrijdag en Pasen iets bijzonders gebeurt in de natuur. Pasen is de eerste zondag na de eerste volle maan na het lentepunt. Na Pasen begint in de natuur het volle leven zich weer uitbundig te tonen. Alles wordt groen, overal komen bloemen in bloei. De Paastijd, die zes weken duurt, zou je kunnen vergelijken met de therapie, wat behandeling betekent. Door te behandelen ga je iets veranderen in je zelf. Het Ik wordt uitgenodigd zijn sturende plaats in de levensloop weer meer in te nemen: met nieuwe moed iets veranderen of met zachte kracht aanvaarden dat iets niet meer kan en de wijsheid opbrengen om tussen beiden te kiezen.

Dick van der Vlugt






    Auteur

    Dick van der Vlugt

    Archieven

    September 2019
    Augustus 2019
    Mei 2016

    Categorieën

    Alles

    RSS-feed

Ik ga een eigen geinspireerde weg

Ik ben sinds 1 januarie 2016 niet meer aangesloten bij een beroepsvereniging. De zorgverzekeraars stellen naar mijn idee steeds meer niet relevante eisen, terwijl ze steeds minder vergoeden of daar zelfs zomaar vanaf zien. Regelmatig doe ik zelf aan bijscholing en intervisie en ik werk vanuit een holistische mensbeeld, geïnspireerd door antroposofie en  Inner Growth van Bart ten Berge. 

CONTACT

Levenskunst
Dick van der Vlugt
Top Naefflaan 68
9721 VD Groningen
Email: dickvandervlugt@gmail.com
KvK: 01154311

INTAKE

Vul het intake formulier in om u aan te melden.
Intake formulier
Delen
  • Home
  • Hulp aan partners
  • Over mij
  • Ervaringen
  • Artikelen
  • Contact